Algemeen:

Bijna alle geiten hebben op z’n minst een droge schuilmogelijkheid nodig. Beter is een condens- en tochtvrije, goed geventileerde geitenstal waarin het dier gevoerd kan worden. De geitenstal moet niet te donker zijn. Geiten hebben behoefte aan licht. Ga er vanuit dat een geit minimaal vijf vierkante meter nodig heeft. De vloer dient regelmatig van droog stro te worden voorzien.

 

Huisvesting tijdens bronstcyclus en bevruchting:

Een geit heeft helemaal geen speciale huisvesting of aanpassingen nodig als het dier bronstig oftewel rits is. Tijdens de bevruchting blijven de geiten gewoon in hun eigen stal en of wei dat komt omdat er dan in tussen de geiten 3 of 4 bokken worden gezet.

 

Huisvesting tijdens dracht:

Zordra de geiten drachtig zijn worden de drachtige geiten met z`n alle in een apparte stal gezet bij de meeste fok bedrijven is het gewoon een pot stal. De bodembedekking moet droog sto zijn. De geiten moeten voldoende kunnen eten en drinken ook is het heel belangrijk dat ze allemaal een ruime plek hebben om de liggen.

 

Huisvesting tijdens en na de geboorte:

De geien in de fokbedrijven bevallen gewoon in de potstal. Ze gaan op de grond liggen, krijgen persweeen en persen zo het jonge dier eruit. Als het lam geboren is laten de meeste bedrijven het jong nog 1 of 2 dagen bij de moeder zodat hij de moedermelk kan drinken en zo wat krachtiger word. Na die dagen word het jong weggehaald en met de andere net jongen in een stal gezet. De stal waar de jongen in worden gezet word meestal verwarmd tot een graad van 13 – 15 graden.Daar worden ze of verder met de fles groot gebracht of met spenen aan de muur waaruit de zelf moeten drinken. Na de geboorte blijft het moederdier gewoon in de pot stal ze krijgt geen apparte stal.

 

Huisvesting tijdens opfok:

Als de jongen worden geboren blijven ze dus 1 tot 2 dagen bij de moeder daarna gaan de jongen met z`n alle naar een apparte stal, soort van kraam stal voor alleen de jongen, van 13 - 15 graden celcius. Op de meeste fok bedrijven houden ze de geiten en doen ze de bokken weg. De geiten worden in een groep gehuisvest, bij de meeste bedrijven worden de geiten in groepen gehouden van dezelfde leeftijden. Ook worden de beste geiten bij sommige bedrijven bij elkaar gehouden en de minder goede geiten. De geiten worden meestal in een potstal gezet de afmetingen van potstallen verschillen is maar net hoeveel ruimte u hebt.

 

Instanties:

Als u geiten wilt houden oftewel een dier krijgt u te maken met nogal wat regels en dat u geconfronteerd word met een hele papier winkel. Het is goed om van de volgende zaken op de hoogte te zijn:

  • UBN nummer
  • Bedrijfsnummer
  • Stamboom
  • Bedrijfsregister
  • Vervoersdocument I & R schapen en geiten
  • Mestregelgeving
  • Dood dier
  • Gezondheidsdienst voor dieren
  • Veetrailer

 

UBN nummer:

Iedereen die dieren houdt dient een Uniek Bedrijfs Nummer te hebben. Deze is te verkrijgen bij Dierregistratie (I&R), Postbus 322, 9400 AH Assen, Tel: 0800 - 22 333 22.

 

Bedrijfsnummer:

Dit nummer word vaak op een label een beide oren bevestigd. Dit nummer bestaat uit uit nogal wat letters; eerste drie letters welke te maken hebben met uw naam en woonplaats, vervolgens een letter voor het geboortejaar van het dier, gevold door en nummer dat te maken heeft met de volgorde van geboorte het betreffende jaar. Hieronder vind u een voorbeeld van een oorlabel van een geit.

 

Stamboom:

Het stamboom papier word afgegeven door de stamboomboekhouding van de Nederlande Angorageiten Fokkers Vereniging (NAFV) en hierop worden UBN nummer en bedrijfs nummer vemeld, alsmede de afstammingen.

 

Bedrijfsregister:

Iedereen die die dieren houdt is verplicht om zelf eveneens een register bij te houden van op het bedrijf aanwezige dieren, met aangevoerde en afgevoerde dieren. Dit register is gekoppeld aan de momenteel nog van kracht zijnde vervoersregeling. Formulieren voor het bedrijfsregister zijn te verkrijgen bij het Ministerie van LNV.

 

Vervoersdocument I&R schapen en geiten:

Van elk dier dat vervoerd wordt van of naar uw bedrijf, dient een formulier in drievoud te worden opgesteld. Een exemplaar voor het bedrijf van de aanvoer, een exemplaar voor het bedrijf van afvoer en een voor de vervoerder. Als u dieren aanvoert, mag u 3 weken lang niet afvoeren, tenzij naar de slacht. De formulieren dienen 3 jaar te worden bewaard. Formulieren kun je aanvragen bij het Ministerie van LNV.

 

Mestregelgeving:

Iedereen die dieren houdt dient een fosfaatboekhouding bij te houden. In het kader van de meststoffenwet krijgt u een mestnummer, dat u aan kan vragen bij het Ministerie van LNV, ditmaal in 9400 AH  Assen, postbus 322. Heeft u minder dan 3 hectare grond, dan kan u ontheffing hiervan worden verleend. Wel is het zo, dat er een limiet is aan het aantal dieren dat u op uw grond mag houden. Vraagt u de loonwerker om koemest uit te rijden op uw grond, dan krijgt u van hem een doorslag van de opgave van de hoeveelheid fosfaat die hij heeft uitgereden.

 

Dood dier:

De doden dieren mag u officieel niet begraven op uw eigen grond, maar moeten worden aangeboden aan de H.R. service in Son (verbranding) tel. 0900-9221. Het dood dier moet u aan de kant van de weg leggen met bijv. een badkuip er overheen. Het wordt dan met een takel in de vrachtwagen getakeld. U dient het dier zo neer te leggen dat de ophaler het niet hoeft aan te raken.

 

Gezondheidsdienst voor dieren (GD):

Postbus 9, 7400 AA  Deventer, tel 0900-1770. De GD levert veel diensten aan particulieren en dierenartsen. Doet bloedonderzoek, sectie, karteert de leverbotgebieden in NL, etc. Heeft ook een certificeringsprogramma voor geiten. Dit omvat de CAE en de CL. Eenmaal per 2 jaar dient uw dierenarts bloed af te nemen voor uw schapen en geiten en dit wordt door de GD onderzocht. Als het negatief is, bent u CAE en CL vrij. Uw dieren mogen dan niet in aanraking komen met niet certificaatwaardige dieren. De meeste shows, keuringen, etc. zijn alleen voor certificaatwaardige dieren. Ook kunt u als u certificaatwaardig bent veel gemakkelijker bokken inhuren en geiten kopen, aangezien de meeste fokkers bij de NAFV eveneens certificaatwaardig zijn. Tenslotte, als u certificaatwaardig bent mag u ook exporteren.

 

Veetrailer:

Heeft u een kleinveetrailer, dan dient deze om de 5 jaar gekeurd te worden bij het RVV bij u in de buurt (Rijksdienst voor keuring van vee en vlees). Afhankelijk van het gewicht is keuring al dan niet noodzakelijk. Wel dient elke trailer aan bepaalde voorwaarden te voldoen. Op een slachthuis bij u in de buurt komen de controleurs van de RVV op het moment dat er dieren worden aangevoerd. Zo kunt u te weten komen waar de dichtstbijzijnde RVV is. Na elk gebruik van de trailer dient deze tenminste met een hoge drukspuit te worden schoongespoten. Dit mag u niet zelf doen, maar dat kunt u doorgaans ook bij een slachthuis laten doen. U moet een boekje bij de trailer hebben waarin deze schoonmaakbeurten worden bijgehouden (op het slachthuis krijgt u een stempel met een paraaf in het boekje.

 

Regels:

Er zijn een aantal regels die er bij komen kijken als u een geit wilt houden. De Wet dieren heeft algemene regels zoals:

  • Het is verboden om zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij een dier pijn of letsel te veroorzaken dan wel de gezondheid of het welzijn van een dier te benadelen.
  • Een ieder verleent een hulpbehoevend dier de nodige zorg.
  • Het is houders van dieren verboden aan deze dieren de nodige verzorging te onthouden.
  • Het is verboden dieren als prijs, beloning of gift uit te loven of uit te reiken naar aanleiding van wedstrijden, verlotingen, weddenschappen of andere dergelijke evenementen. 

 

De andere regels zijn:

  • De houder dient zich te registreren
  • Geiten moeten een oormerk krijgen
  • Een dood dier moet aan de weg worden gelegd onder een soort badkuip
  • Dierenvoeders moeten veilig zijn
  • Je moet voorzien zijn van certificaten als je het dier wilt vervoeren
  • Als een dier een ernstige ziekte heeft moet je het aangeven

Maak jouw eigen website met JouwWeb